In feodaal Japan woonden Ninja’s van oorsprong in de berggebieden van de regio's Koga en Iga in het gebied rond Lake Biwa. Ze beschermden Boeddhistische tempels en brachten monniken vechttechnieken bij. Ook werden Ninja’s gebruikt om spionage- en guerrillamissies uit te voeren.
De regio's Koga en Iga waren het geografische hart van de Ninja’s. Ze worden beschouwd als de geboorteplaats van de traditionele Ninjutsu.
Het gebruik van de term ‘Ninja’ is relatief modern en werd populair rond 1900. De Ninja had veel verschillende namen, in verschillende regio's en in verschillende tijden. De term ‘Shinobi’ werd voornamelijk in de provincies: Fukui, Echizen en Wakasa gebruikt.
Ninpo Ninjutsu begon niet als een welomschreven krijgskunst. Het kostte vele eeuwen om zich als een onafhankelijk kennissysteem te vestigen. Volgens Grootmeester Natori Masazumi* ligt de oorsprong van het huidige ‘Ninjutsu’ onder andere in China waar het bekend was onder de naam ‘yin-sen-shuof fa-shu’.
*= Grootmeester Natori Masazumi leidde de ‘Kishu’ School van een van de belangrijkste Ninjaclans uit de Edo-periode in Japan (1603-1868)
Ninpo Ninjutsu is een Japanse vechtkunst, ontwikkeld door bewoners van de regio's Koga en Iga uit hun kennis van jacht- en vechttechnieken. De oorsprong van Ninpo Ninjutsu ligt ongeveer tussen 500 en 300 voor Christus en kan het best worden omschreven als de verzameling vaardigheden die door de Ninja's worden gebruikt, terwijl Ninpo, vaak aangeduid wordt als "de hogere orde van Ninjutsu". Het is een filosofie voor het leven.
De traditionele krijgskunst, wordt in Japan meestal Bujutsu genoemd. Bujutsu is ontwikkeld vanuit de traditie van de Samurai (de Japanse ridder). Het is een systeem met vele disciplines** voor de ontwikkeling van lichaam, verstand en geest. Bujutsu is een weg van Krijgerschap. Dit houdt in dat je zowel de lichamelijke als de geestelijke kant van jezelf probeert te ontwikkelen. De technieken zijn gemaakt om je in staat te stellen je te verdedigen in reële (gevechts-) omstandigheden.
Ninja’s moesten vertrouwd raken met zowel ‘Ninpo Ninjutsu’ als de traditionele krijgskunst ‘Bujutsu’.
Ninpo Ninjustu en Bujutsu kunnen als volgt worden uitgelegd:
De voorlopers van alle moderne Japanse vechtsportstijlen zijn Ninpo Ninjutsu en Bujutsu, respectievelijk de kunst van het verbergen en de klassieke krijgskunsten. Ninpo Ninjutsu en Bujutsu evolueerden toen Soke (grootmeester) Hatsumi Masaaki de Bujinkan-organisatie in 1978 oprichtte en de Ninja Training toegankelijk maakte voor de westerse wereld.
De Bujinkan-organisatie bestaat uit 9 oude Japanse krijgskunstscholen, die zijn overgedragen van Takamatsu naar Hatsumi Masaaki, te weten:
De Ninpo Ninjutsu scholen gaven les in 18 disciplines, zoals Taijutsu (het ongewapend gevecht), wapentraining zoals: Kenjutsu (zwaardvechten), Bōjutsu (vechten met stok en staf), Sōjutsu (speergevechten), enz. Daarnaast waren er disciplines als Bōryaku (militaire strategie), Chōhō (spionage), Intonjutsu (ontsnappen en verbergen), Shinobi-iri (stealth en methoden om binnen te dringen), enz.
De Samurai scholen gaven les in Daken Taijutsu (het ongewapend gevecht, stoot- en traptechnieken, enz.), Ju Taijutsu (technieken gericht op lichamelijke en geestelijke controle), Koshijutsu (technieken gericht op spieren en organen), Koppojutsu (technieken gericht op botten en gewrichten) en Happō Bikenjutsu (zwaardtechnieken).
Gezamenlijk worden deze 9 verschillende scholen en hun disciplines heden ten dage aangeduid als ‘Bujinkan Budo Taijutsu’.
** disciplines = De traditionele krijgskunst ‘Bujutsu’ is veelomvattend, zowel vele wapenstijlen zoals boogschieten (Kyujutsu), speervechten (Yarijutsu), zwaardvechten (Kenjutsu) maar ook een veelvoud aan ongewapende stijlen (Jujutsu, Karate, Aikido, Judo, enz.).